Vendelinus is officieel van start gegaan in januari 2000. Het hoofddoel van Vendelinus is om een verenigingsleven aan te bieden aan de volwassen leden van de Cosmodrome.

U bent hier

Verslag vergadering Vendelinus 12 okt 2013

We vierden enkele verjaardagen: Fernand en Theo (alhoewel Theo mij dat op het einde van de vergadering meedeelde). Proficiat!

Belangrijk: op zaterdag 14 december houden we ons kerstfeestje. En zoals het woord zegt gaat het er dan iets feestelijker aan toe. Maar we moeten dringend te weten komen wie er kan en wil komen. We kunnen niets regelen zonder een idee te hebben van het aantal aanwezigen! Dus vlug je agenda raadplegen en mailtje sturen.

Enkele zeer eigenaardige exoplaneten

Tony

Kepler 70 b staat gemiddeld op 0,006 AE van haar ster (Mercurius staat 65 maal verder van de zon). De middagtemperatuur aan het oppervlak ligt in de buurt van 6900 °C en de planeet raast rond haar ster tegen een snelheid van 980 000 km/h. Wat opvalt is dat de planeet rond een ster draait die zich in het evolutiestadium van de heliumverbranding bevindt. De ster is haar reuzenstadium voorbij! Wat inhoudt dat de planeet tijdens dat reuzenstadium in de buitenste atmosfeer van de ster ronddraaide.

PSR B1620-26b is een gasreus (2,5 maal de massa van Jupiter) in de bolvormige sterrenhoop M4 (sterrenhoop met een ouderdom van ca. 13 miljard jaar). De planeet wentelt rond een millisecondepulsar die een dubbelster vormt met een witte dwergster.

55 Cancri e loopt op 0,016 AE van haar ster. In de ster is veel koolstof aangetroffen en vermits de planeet uit dezelfde interstellaire wolk is ontstaan als de ster, is ook daar veel koolstof te vinden (zéér recent is deze aanname in twijfel getrokken). Indien er wel zeer veel koolstof op de planeet zou voorkomen, is het mogelijk dat er zich onder de mantel van de planeet een diamantlaag bevindt.

Kepler 64 b, met een massa van ongeveer de helft van die van Jupiter, loopt op 0,65 AE van haar ster. De planeet bevindt zich in een dubbelstersysteem (massa’s van de sterren 1,5 en 0,4 maal die van de zon). Opmerkelijk: op enige afstand (1000 AE = 30-maal de afstand Zon-Neptunus) bevindt er zich een tweede dubbelstersysteem.

Gliese 667 c

Zesvoudig (misschien7?) planetenstelsel waarvan er drie superaardes liggen binnen de zogenaamde bewoonbare zone van de ster. De ster is een rode dwergster, het meest voorkomende type ster in het Melkwegstel. Wat perspectieven biedt voor het vinden van nog meer planetenstelsels. Gliese 667 is een drievoudige ster en alle planeten draaien rond de zwakste van de drie.

HD 189733 b is de eerste exoplaneet waarvan men de ware kleur heeft kunnen vaststellen. Men kan hier zowel het primaire als het secundaire minimum vaststellen wanneer de planeet vóór haar ster en achter de ster doortrekt. De grootte van dit secundaire minimum, de helderheid neemt met één honderste af, hangt nu af van het naar de ster (en de aarde) gerichte halfrond en van de kleur. Alleen het blauwe deel van het spectrum verzwakt sterk, de andere kleuren niet. De planeet is dus blauw, niet omwille van de aanwezigheid van water, wel van silicaatdeeltjes in de bovenatmosfeer.

Rudi

Rudi vertoonde daarna een bijzonder mooie, zelfgemaakte, film ter gelegenheid van de dag van de duisternis. De groep Aquila van Lommel heeft indertijd van het Europlanetarium het sterrenbeeld Stier toebedeeld gekregen (“elke Limburgse gemeente haar sterrenbeeld”). De film gaf een zeer duidelijk beeld van de objecten in dit sterrenbeeld en behandelde ook de nadelen van de overbelichting die onze streken teistert.

Theo

Vervolgens nam Theo het woord. Op een systematische wijze, na een bijzonder intense studie van originele boeken of bijdrukken, behandelde Theo de manier waarop Newton aan zijn gravitatiewet is gekomen. We kregen een inzicht in het moeilijke verloop van zijn redeneringen, maar ook van de zijsprongen die Newton heeft gemaakt en de evolutie van Newton’s inzichten.

Mars is dan toch bewoond!

Tony

Met het idee “het mag ook eens plezant zijn” werden een aantal pareidolia op Mars getoond. Het woord pareidolia is een samenstelling van para (naast of nabij) en eidolon (waanbeeld).  Het is vorm van illusie waarbij je een interpretatie geeft aan onduidelijke dan wel willekeurige waarnemingen. Je meent hierin herkenbare dingen te zien. Enkele voorbeelden:

Het “bekende gezicht” op Mars waarover bibliotheken onzin zijn verschenen. Het is een doodgewoon plateau (denk aan Monument Valley in Arizona-Utah), bestaande uit een harde rotssoort.

Een arend op Mars! Donkere zandduinen, opgewaaid tegen hindernissen.

Een reuzenwesp. Vermoedelijk ontstaan door een scherende meteorietinslag, die bij doorgang in de Marsatmosfeer in stukken brak.

Op Mars tref je mammoeten aan. Dit zijn jonge lavastromen in Elysium Planitia die behoren tot de jongste op Mars (vermoedelijk jonger dan 100 miljoen jaar).

Een drie kilometer brede, onbenoemde krater op Mars.

Tot slot nog één aards voorbeeld:

Lezing

Op donderdag 19 december om 20 uur spreekt in het Europlanetarium de Belgische astronoom Jan Cami, waarvan in ons verslag van september 2013 melding is gemaakt in verband met de ontdekking van buckyballs in de interstellaire ruimte.

 

Net verschenen: Gevonden, hoe het Higgsdeeltje onze wereld veranderde, door Steven Stroeykens. Uirgeverij De Bezige bij, Antwerpen. Op een elegante wijze en zeer plastisch beschreven, brengt de auteur niet enkel het verhaal van het Higgsdeeltje maar ook dat van de standaardtheorie van de fysica. Hoogst interessant zijn tevens de avonturen van een elementair deeltje in de LHC, beschreven in 22 korte etappes. Voor de geïnteresseerden een must!

Reageer