Vendelinus is officieel van start gegaan in januari 2000. Het hoofddoel van Vendelinus is om een verenigingsleven aan te bieden aan de volwassen leden van de Cosmodrome.

U bent hier

Verslag vergadering Vendelinus 11 april 2015

Deze maand mochten we drie jarigen proficiat wensen: Martin, Ludo en Rudi. Bedankt voor de tractatie. We vierden ook de geboorte van het dochtertje van Jarrko, een bijzonder blijde gebeurtenis.

Het was deze maand erg druk. Getuige het einde van de vergadering dat uitzonderlijk viel om 17:30 uur. Er waren bijdragen van Edy, Josiane, Roel en Ruben. Vandaar dit uitgebreid verslag!

 

Planeten Jagers
(Edy Bevk)

Zouden er rond de sterren (andere zonnen) ook planeten draaien en zou daar ook leven  zijn? Zou er niet intelligent leven ( moeten) zijn?  Frank Drake stelde een soort formule op om daarover te kunnen redeneren. Carl Sagan was een grote medestander  in de speurtocht naar  ETI, Extra Terrestrial Intelligence en de “Aliens” die daar zouden wonen.

Frank Drake was radio astronoom bij het National Radio Astronomy Observatory (NRAO) in Green Bank, West Virginia.

In 1960 verrichtte hij zijn eerste onderzoek naar signalen afkomstig van buitenaardse, intelligente wezens, extraterrestrials genoemd. Dit project noemde hij het OZMA project naar de tovenaar in het kinder sprookje Ozma!

Bij het Lick Observatorium bij San Francisco werkten Geofrey Marcy en Paul Butler  al meer dan 12 jaar om bij een ster de  wiebeling  te vinden die een planeet zou moeten verraden. Ze gingen ervan uit dat een planeet ter grootte van Jupiter  te detecteren moest zijn met de toen beschikbare apparatuur.

De niet zichtbare planeet (exoplaneet in de tekening hierboven) draait zijn baan rond de ster. De planeet trekt de ster een beetje in onze richting, Het spectrum van de ster verschuift daardoor  iets naar blauw.  Dat “doppler effect”  detecteert de spectrograaf van de telescoop. Dan trekt de planeet de ster iets van ons af, de golflengte wordt langer en het spectrum verschuift  daardoor naar rood. Zo’n planeet zou een baan om zijn ster beschrijven die ongeveer twaalf jaar moest duren, uitgaande van de omlooptijd van Jupiter rond de zon.  Dus dat moest wel een zoektocht met een heel lange adem zijn.

Daar komt een bericht uit Florence, waar een congres van sterrenkundigen gehouden werd:

Twee Zwitsers vonden een planeet  bij ster 51 in het sterrenbeeld Pegasus: Pegasi 51 b.  Dat kan niet, zei Marcy en hij begaf zich op weg naar het observatorium op Mt Wilson om daar die melding te controleren. Na vier nachten moest hij naar zijn collega in Florence berichten:  “Het klopt heel precies!”

( Een persoonlijke noot: onze voorzitter Tony en zijn vrouw Jeanine en ik zijn boven op Mt Wilson geweest omdat daar in 1923  uitgemaakt werd door Hubble  dat de Andromeda nevel een sterrenstelsel op zich zelf is. Geen van ons wist van de rol die Mt Wilson ook bij de vondst van Peg.51 b gespeeld heeft.)

Zo werd  in de zoektocht naar exoplaneten de NASA als het ware  door de ESA verslagen door twee Zwitserse sterrenkundigen die op het Observatoire de Haute Provence werkten. 

De ontdekte planeten worden hete Jupiters genoemd omdat we deze reuzen nooit zo dicht bij hun zonnen vermoed hadden. Ze zijn zo groot als Jupiter in ons zonnestelsel maar zo dicht bij hun zon dat ze wel zeer heet moeten zijn. Met deze methode zijn vele tientallen exoplaneten ontdekt. De spectrografen worden telkens verbeterd en hieronder vertelt het verhaal hoe ver men daarmee  nu is en wat men wil bereiken.

De andere methode, de transitmethode, duikt op bij de volgende wedloop tussen de Amerikaanse en Europese astronomen.

De  boven besproken dopplermethode gaat uit van de beweging van de ster in de zichtrichting, de radiale  beweging. Bewegingen loodrecht op de radiale beweging worden door de spectrograaf niet gemeten. Daarvoor gebruikt men de transitmethode.

Maar eerst nog weer iets persoonlijks waardoor ook de geweldig snelle technische ontwikkelingen van onze tijd duidelijk wordt. Ik had in januari 1995 een computer gekocht, 850 Megabites. Mijn broer vroeg 4 maanden later “Hoeveel Gigabites heeft jouw computer?” Ik had het woord Gigabites nog nooit gehoord. En ik was opzoek op mijn computer naar Kepler. Ik bedoelde Johannes Kepler de grote astronoom van 1600. Maar onder Kepler vond ik telkens iets over een ruimtesonde, waarvan ik niets snapte. Het ging ook nog over een totaal onbekende William Borucki, Borucki? nooit van gehoord.

In Amerika en in Europa was men ook bezig een methode te ontwikkelen om exoplaneten op te speuren door het meten van de lichtvermindering van de ster, als de planeet vóór de ster voorbij gaat, de transitmethode. De grote man in Amerika was Bill Borucki. Hij had het plan ontwikkeld om met een ruimtesonde 100 000 sterren tegelijkertijd te observeren in het sterrenbeeld De Zwaan. Hij wilde dan de lichtvermindering meten.  Het project was vreselijk ambitieus en Borucki kreeg telkens opnieuw nul op zijn rekest. Zijn voorstellen werden 15 jaar lang belachelijk genoemd.

Dan Toch: de Keplersonde start vanaf Cape Canaveral  7 maart 2009 .

Maar de Amerikanen waren voor de tweede keer later dan de Europeanen, die hadden in 2006 de Corotsonde in de ruimte gebracht, vanaf Baikonoer. Een van de Galileo leden, Linda,  is daar eens gaan kijken en was onder de indruk van de eenvoud.

Corot staat voor COnvection ROtation and Planetary Transits.  Start 27 december 2006 vanaf het Baikonoer Kosmodroom in Kazachstan voor 30 maanden, tweemaal verlengd.

De missie heeft twee belangrijke wetenschappelijke doelstellingen: het waarnemen en meten van trillingen van sterren (stellaire seismologie) en de speurtocht naar planeten die rond andere sterren dan de zon draaien.  Corot ontdekte de eerste Exoplaneet van uit de ruimte in 2007, vóór Kepler! Weer de Amerikanen te vlug af! (Gj 581 door Zwitsers team, bevestiging ESO La Silla in Chili).  Corot  werd op 17 juni 2014 uitgeschakeld.

Door Kepler zijn intussen een kleine 2000 vermoedelijke exoplaneten gevonden. Exo’s moeten allemaal door een tweede instrument bevestigd worden. Er zijn intussen (  januari 2015) 1000 Kepler’s bevestigd. Bij de Corot exoplaneten is dat aantal aanzienlijk kleiner, het gaat om enkele tientallen,  maar misschien belangrijkere, meer op de aarde lijkende.  Dat moet nog blijken. 

Zo vond een Zwitsers team  met gebruikmaking van het HARP instrument op de telescoop  van La Silla ( European Southern Observator) met een spiegeldiameter van 3,6 meter: de exo Gliese 581 c. in de Weegschaal. ( Gliese verwijst naar een stercatalogus).  Deze zou in het goudlokje gebied liggen, in de bewoonbare zone, vloeibaar water etc.. Maar Gliese 581 is een rode dwerg, wat het verhaal  minder interessant maakt (?) Het Zwitserse team gaf er echter hoog van op.  

De Amerikanen (Butler en Vogt)  die de ontdekking verder opvolgden,  reageerden positief. Maar  Steven Vogt maakte het al te bont: Hij had het over de wereld van Zarmina. ( Zarmina is de naam van  zijn vrouw). Butler distantieerde zich duidelijk van het ongebreidelde enthousiasme van zijn collega. Amerikaanse nieuwsstations gingen met de story aan de haal en riepen NASA op een missie naar Gliese 581 te sturen! Gewoon eventjes kijken hoe het zit en wat er gaande is  ginds.-J -J) ( 20 Lj afstand!) Een studie in 2014 maakte gehakt van de metingen en speculaties.  De planeten  Gliese 581 d en g en volgende bleken niet te bestaan -L.

Misschien is dit de goede plaats iets over SETI te zeggen, en wat terug in de tijd te gaan.

Dr. Jill Tarter heeft zich gedurende 35 jaar ingezet voor de wetenschappelijke zoektocht naar buitenaards leven. Ze heeft van diverse organisaties onderscheidingen ontvangen voor haar werk. In 2004 werd ze door het tijdschrift Time opgenomen in de lijst van "100 invloedrijkste mensen ter wereld".  In 2009 won Tarter een TED-prijs.[4] Zij is Fellow van het Committee for Skeptical Inquiry, en was directeur van het SETI Institute in Mountain View bij San Francisco.

In de speelfilm Contact (1997) is het personage Dr. Ellie Arroway, gespeeld door Jodie Foster  grotendeels gebaseerd op de persoon en het werk van Dr. Jill Tarter. Voorafgaand aan de film heeft de actrice Jill Tarter enkele malen ontmoet als voorbereiding op haar rol.

Even terug naar 1999, dus weer een stap terug in de chronologie.

David Charbonneau arriveerde hier in  Boulder, Colorado op de campus van de Universiteit van Colorado om collega Tim Brown, een telescoop bouwer, te ontmoeten.  Dat was in 1999, let op de chronologie. David  had een geheim bij zich van Harvard meegebracht: HD 209458 een ster met een exoplaneet. Die planeet zou volgens sterrenkundige David Latham van Harvard misschien ook met de transitmethode te detecteren zijn!

David en Tim meten de ster maar laten de gegevens even liggen.  David Charbonneau wordt dan terug geroepen naar Harvard, waar hij student was: “Wat voert u toch uit?” Hij moet zich verantwoorden en als hij terug komt in Boulder gaan ze door met het uitwerken van de metingen aan HD 209458. Er blijkt inderdaad een dip in de lichtcurve te zitten die  een transit aangeeft. Ze beginnen een vreugdedans maar krijgen net dan telefoon van Marcy en Butler dat zij, Marcy en Butler, een transit gevonden hebben bij HD 209458. Paniek alom! Gemeenschappelijke publicaties klaren de lucht tussen de twee groepen. De voorstellen van Borucki werden door dit gemeenschappelijke werk ook aannemelijker en mede hierdoor krijgt Borucki groen licht voor zijn Keplerproject (dat toen nog een andere naam had).

Er zijn intussen een paar duizend exoplaneten met al de verschillende methoden gedetecteerd.

Een echte tweede aarde is niet gevonden. Zal dat ooit lukken? Er wordt hard gewerkt aan een nieuwe spectrometer voor een  telescoop op Kitt Peak. Die  moet schommelingen kunnen meten te vergelijken met schommelingen van de zon als gevolg van de zwaartekracht van de aarde.

NASA en de National Science Foundation willen de 3,5-meter WIYN-telescoop op de Kitt Peak-sterrenwacht in Arizona in de toekomst steeds meer gaan inzetten voor onderzoek aan exoplaneten. Zo’n spectrometer moet in 2018 gereed zijn. J?  Dit instrument zal snelheden meten van 10 tot 50 cm/sec, de snelheid van een schildpad.

Met deze spectrometer zal ook vervolgonderzoek mogelijk worden aan exoplaneten die gevonden zijn met ruimtemissies zoals Kepler, Corot en andere.

De ideeën over de exoplaneten en bewoonbare zones en leven worden intussen steeds “volwassener”, zou men kunnen zeggen. Leven zal er wel in de kosmos zijn, maar leven dat zo ver ontwikkeld is, als onze soort net nu is, dat is een nauwelijks voorstelbaar toeval. Ik denk, ( of, ik vrees) dat we met science fiction modellen te vrede moeten zijn. Misschien krijgen we dan tijd en geld om ons echt om onze aarde en onze medemensen te bekommeren.

 

Pluto en New Horizons
aflevering 1

(Josiane Claesen)

Het ruimtetuig New Horizons werd gelanceerd op 19 jan 2006. Dat maakte dat hij bij Pluto zou aankomen op 14 juli 2015. Omdat het tuig in januari werd gelanceerd kon er gebruik gemaakt worden van jupiter assists. Moest NH gelanceerd zijn in februari, dan zou het een rechtstreekse vlucht geworden zijn. Het tuig zou dan ook wat langzamer gaan wat een enorme invloed zou hebben op de aankomst bij Pluto.

Het ruimtetuig heeft allerlei instrumenten aan boord om het plutostelsel in kaart te brengen.

SWAP = zonnewind en plasma spectrometer
PEPSSI = energetische deeltjes spectrometer
REX = radiometer, meet atmosferische samenstelling
ALICE = ultraviolet spectrometer
RALPH = zichtbare en infrarood camera
SDC = meet ruimtestof (studenten)
LORRI = telescopic camera, geeft hoge resolutie geologische gegevens
SDC = Student Dust Counter
Dit instrument is ontworpen en gebouwd door studenten van de University van Colorado. De studenten zullen ook de gegevens van het instrument ontvangen en verspreiden (en archiveren).

New Horizons reist ononderbroken door naar Pluto met een snelheid van 53.108 km/uur. Het ruimtetuig is nu op minder dan 1 AE van het plutosysteem, met nog 3 maanden te gaan. Op 10 maart werd een kleine raketstoot gegeven zodat NH iets vertraagde. Zo zal het toch een beetje langzamer langs de dwergplaneet doorgaan.

Net omdat NH niet stopt bij Pluto (of er  niet gaat ronddraaien) heeft het tuig ook niet veel brandstof mee, zo ongeveer 77 kg Hydrazine. En voor de elektrische werking heeft het 11 kg plutonium mee.

Van 25 tot 31 januari 2015 werden de eerste foto's gemaakt van Pluto met Charon (de grootste maan). Het werd gegoten in een gif-file, zodat goed te zien is dat ook Pluto ietwat beweegt terwijl Charon er rond draait.

Wat heel bijzonder is, is dat er eerste beelden zijn van de kleine maantjes Nix & Hydra.

Het maantje in het oranje vierkant is Nix, dat in het gele is Hydra.

Het is nog even wachten op beelden van Styx en Kerberos tot het ruimtetuig dichter bij Pluto is.

Een signaal van de Aarde naar NH duurt 4,5 uur. Het is dus een missie die ofwel lukt, ofwel mislukt. Het is niet mogelijk door de grote afstand om het tuig bij te sturen wanneer het bij Pluto is.

Wordt vervolgd...

Beelden: http://www.nasa.gov/mission_pages/newhorizons/main/

 

Mars One: oplichterij?
(Roel Kwanten)

Vooraleer ik  met mijn presentatie begin, wil ik zeggen dat ik het goed maak na mijn beslissing inzake mijn kandidatuur voor Mars One. Ik ga nu samen lezingen geven met final100 kandidaat Brad Moore uit Antwerpen.

Voor meer info zie https://www.facebook.com/roel.kwanten.1

De laatste maanden is veel kritiek gekomen op het project. Met name dat Mars One niet realistisch is en bovendien een grote oplichterij. Twee belangrijke kritiekpunten worden vandaag besproken: MIT en Dr. Roche.

MIT

MIT staat  voor Massachusetts Institute of Technology en is een vooraanstaand instituut op gebied van natuurwetenschappen en technologie. In oktober 2014 hebben studenten van  MIT een rapport uitgebracht over  Mars One. Dit is te lezen op http://web.mit.edu/sydneydo/Public/Mars%20One%20Feasibility%20Analysis%20IAC14.pdf

In de media zijn hiervoor verschillende berichten verschenen. Zo zouden de Marsbewoners al na 68 dagen op Mars sterven, zullen ze verhongeren en zijn er veel reserve-onderdelen nodig. Maar klopt deze berichtgeving wel?

Dood na 68 dagen? 

In het rapport staat omschreven dat de eerste Marsbewoners zullen sterven na 68 dagen door verstikking als gevolg van teveel zuurstof. Op zich nogal tegenstrijdig. Hoe zit dit? De gekweekte planten zullen na ca. 2 maanden op Mars zoveel zuurstof produceren dat de gevaren brandgrens van meer dan 30% zuurstof wordt overschreden. Dit wordt gecompenseerd door lucht (mengsel van zuurstof en stikstof) naar buiten te ventileren. Het tekort wordt dan gecompenseerd door pure stikstof uit de stikstoftank. Die zal echter na 2 maanden leeg zijn. Op den duur zal de partiële zuurstofdruk zodanig laag zijn dat deze niet meer in de bloedbaan wordt opgenomen, waardoor de Marsbewoners zullen omkomen. De meeste journalisten stoppen met lezen na deze vaststelling.

Echter de oplossing staat ook in het MIT rapport omschreven. De omschreven situatie zal inderdaad optreden als geen gebruik wordt gemaakt van ISRU: in situ resource utilization. Maar natuurlijk zullen de Marsbewoners dit systeem wél gaan gebruiken.  Indien wordt gekozen om alle eten op Mars  te kweken, dient de kwekerij in een apart compartiment te worden geplaatst. Het overtollig zuurstof kan dan via een oxygen removal assembly (ORA) naar de zuurstoftank worden gepompt. Dit systeem is deels getest in het ISS, maar moet nog wel verbeterd worden. Indien dit systeem wordt toegepast blijft het zuurstofgehalte op een correct niveau.

Verhongeren?

Zullen de astronauten verhongeren? Welnee. Het MIT rapport heeft berekend dat 406 kg eten nodig is om de eerste 120 dagen op Mars te overleven.  Dit is geen reusachtige hoeveelheid die niet met een raket kan worden gelanceerd.

Reserve onderdelen?

Het MIT rapport berekent dat na verloop van tijd een groot deel van de cargovrachten moeten bestaan uit reserve onderdelen. Dit vergt veel extra (dure) lanceringen vanop Aarde. Mars One erkent dat dit een probleem kan vormen. Mogelijk kan de 3D printer worden gebruikt om dit euvel op te lossen.

Dr. Joseph Roche

Op 16 maart 2015 is een artikel verschenen van Elmo Keep waarin een final 100 kandidaat kritiek uit op het selectieproces en de organisatie Mars One. Zie link:

https://medium.com/matter/mars-one-insider-quits-dangerously-flawed-project-2dfef95217d3

Mars One heeft hierop gereageerd:

CEO Bas Lansdorp

http://www.mars-one.com/news/press-releases/mars-ones-ceo-bas-lansdorp-answers-questions-about-mission-feasibility

Medical director Norbert Kraft

https://www.youtube.com/watch?v=4pVBUKQ2sT0

Aangezien ik zelf ronde 2 kandidaat ben geweest, wil ik graag mijn persoonlijke reactie geven op dit artikel. De lezer mag dan zelf zijn oordeel vormen.

Per item geef ik mijn reactie:

Most egregiously, many media outlets continue to report that Mars One received applications from 200,000 people who would be happy to die on another planetwhen the number it actually received was 2,761.

In totaal hebben zich 202.586 kandidaten aangemeld in de eerste ronde. Echter niet alle kandidaten hebben hun kandidatuur afgemaakt. Sommigen hebben hun fee niet betaald, anderen hebben niet alle vragen ingevuld of een slecht videofilmpje ingestuurd. Standaard stond de video op non-public. Vermoedelijk heeft het merendeel van de kandidaten hun profiel in het begin niet publiek gemaakt, bang om te worden uitgelachen. Norbert Kraft en zijn team beweert dat hij alle 202.586 aanmeldingen heeft bekeken, maar noemt vooralsnog geen exacte getallen. Hoeveel “correcte” aanmeldingen waren er dan? Wel in ronde 2 waren 45% van de kandidaten vrouwen. 45% van 1058 kandidaten = 476 vrouwen. In ronde 1 waren er echter maar 12% vrouwen die zich aangemeld hebben. Dit is gemakkelijk op de website te controleren. Dus als we die 12% (476 vrouwen) omrekenen betekent dat er minimaal 3967 kandidaten waren met een volledig ingevulde kandidatuur.  Het exacte aantal correcte aanmeldingen vermoed ik dat het een aantal tienduizenden zijn geweest, alhoewel ik dat dus niet kan bewijzen.  Mars One heeft echter nooit ontkend dat de 202.586 allemaal serieuze kandidaten waren.  Men heeft ze toch allemaal laten meetellen,  omdat deze kandidaten zich wel in het begin hebben aangemeld en dus hiermee aangaven dat ze hieraan wilden meedoen.

some leading contenders for the mission had bought their way into that position, and are being encouraged to “donate” any appearance fees back to Mars One

Mars One geeft punten als je donatie doet of merchandise koopt. Op de lijst van de final100 kandidaten https://community.mars-one.com/ambassador_points/ALL/18/82/ALL/ALL/5/3 vinden we 12 kandidaten die nooit iets hebben gekocht (je krijgt 100 punten gratis omdat je kandidaat bent) en 13 kandidaten hebben meer dan 500 punten. De rest zit daar tussen in. 500 punten komt overeen met het kopen van een aantal T-shirts, stickers, posters en coffee mugs. Ter vergelijking er zijn zo’n 30 kandidaten in ronde 2 die meer dan 500 punten hebben en die dus niet zijn geselecteerd. Is dit dan het bewijs dat je voordeel hebt als je meer hebt gekocht? Ik dacht van niet.

“If you are offered payment for an interview then feel free to accept it. We do kindly ask for you to donate 75% of your profit to Mars One.”

Soms krijgen kandidaten centen voor hun interview. Dit om onkosten te vergoeden. Indien dit meer bedraagt dan de werkelijke kosten, vind ik het niet meer dan normaal dat Mars One een deel mag hebben. Het is immers dankzij Mars One dat de kandidaat het interview mag geven, anders zou de pers helemaal niet geïnteresseerd zijn. Of dit dan 75% moet zijn, kun je over redetwisten. Maar het wordt gewoon vriendelijk gevraagd. Ronde 3 kandidaten hebben momenteel nog geen bindend contract getekend. Overigens stond deze informatie in een vertrouwelijke mail van Mars One. Het is niet acceptabel dat een kandidaat deze informatie zomaar prijs geeft.

list of “Top 10 hopefuls” published last month in The Guardian

Deze lijst is samengesteld op basis van de kandidaten die de hoogste punten hebben. Deze lijst is echter zelf bedacht door The Guardian, omdat mensen nu eenmaal graag een top 10 lezen. En heeft dus niks te maken met het selectieproces van Mars One.

“I have not met anyone from Mars One in person,” he said. “Initially they’d said there were going to be regional interviews… we would travel there, we’d be interviewed, we’d be tested over several days, and in my mind that sounded at least like something that approached a legitimate astronaut selection process. “But then they made us sign a non-disclosure agreement if we wanted to be interviewed, and then all of a sudden it changed from being a proper regional interview over several days to being a 10-minute Skype call.” No rigorous psychological or psychometric testing was part of the appraisal.

In het begin was er inderdaad sprake van een persoonlijk gesprek en zouden kandidaten op verschillende plekken in de wereld worden samengebracht. Dit oorspronkelijk idee werd verlaten en vervangen door een online interview van maximaal 15 minuten.  Blijkbaar was het oorspronkelijk idee te kostbaar en logistiek moeilijk organiseerbaar en heeft Mars One voor een andere oplossing gekozen. De selectiecommissie heeft daardoor wel bereikt dat het proces op een uniforme wijze plaatsvond. Iedereen kreeg min of meer dezelfde vragen, het is een uniform proces en goedkoop voor alle partijen. Een onlinegesprek wordt meer en meer de gangbare praktijk voor sollicitatiegesprekken, zeker bij internationale bedrijven. Waarom zou je iedereen uitgebreide testen laten ondergaan, als je een groot aantal niet geschikte kandidaten kunt uitfilteren met zorgvuldig gekozen vragen?  Je kunt je afvragen of 15 minuten voldoende is om iemand te beoordelen. Kijk maar naar jezelf. Meestal heb je na een gesprek van  10 minuten met een wildvreemde wel door wat vlees je in de kuip hebt. Bovendien is Norbert Kraft psycholoog met ruime ervaring in selecties van astronauten. Overigens heeft men de kandidaten niet IN geselecteerd, men heeft de andere kandidaten UIT geselecteerd. Blijkbaar is het niet zo moeilijk om niet geschikte kandidaten te laten afvallen, al wordt dat uiteraard wel moeilijker naarmate de lijst kleiner wordt. In dit filmpje legt Kraft uit wat de achterliggende gedachte was van de vragen die tijdens het interview werden gesteld en waar hij naar op zoek was. https://www.youtube.com/watch?v=Pg8aojgMKgM

De resterende final100 kandidaten krijgen in het najaar 2015 een uitgebreide screening van 2 weken. Ze zullen uitgebreid worden getest en in een isolatiekamer moeten verblijven. Hieruit zal blijken hoe ze in teamverband kunnen werken. Uiteindelijk zullen 24 kandidaten in training gaan.

Commanders at NASA are required to have logged 1,000 jet aircraft flight hours to even be considered as training candidates for spaceflight.

Het kan misschien raar klinken, maar Mars One is niet op zoek naar astronauten. Men is op zoek naar mensen die voor de rest van hun leven op een andere planeet willen wonen. Dat zijn andere eisen dat de klassieke astronaut opleiding. De vlucht naar Mars zal grotendeels automatisch verlopen, vergelijkbaar met de onbemande missies. De Marsbewoners zullen dus gewoon passagiers zijn van hun ruimteschip. Het ruimteschip zal door “echte” astronauten worden geassembleerd in een baan rond de Aarde. Vervolgens zullen dan de Marsbewoners plaats nemen in het ruimteschip. Uiteraard is enige astronautentraining nodig en zal een deel van de bemanning vaardigheden leren om in noodgeval hun ruimteschip te kunnen besturen.  De training zal bijna 10 jaar in beslag nemen.

“That means all the info they have collected on me is a crap video I made, an application form that I filled out with mostly one-word answers… and then a 10-minute Skype interview,” Roche said. “That is just not enough info to make a judgment on someone about anything.”

Uiteraard kan ik niet beoordelen welke inspanningen Dr. Roche heeft gedaan om zijn kandidatuur voor te bereiden. Ik kan alleen naar mezelf kijken. Met het maken van mijn videofilm, beantwoorden van de vragen,  corrigeren naar correct Engels ben ik toch wel zo’n maand bezig geweest. Dit heb ik niet even op een avond gedaan. Ik heb hier ook met verschillende andere kandidaten over gesproken en die zeggen hetzelfde.

Reports emerged that the contract with the TV production company Endemolwhich Mars One claimed could bring in up to $6 billion in revenuewas no longer in place and that the companies had gone their separate ways.

Het contract met Endemol gaat inderdaad niet door, omdat beide partijen het niet eens konden worden over bepaalde details. Mars One is nu sinds november 2014 in onderhandeling met een andere firma. Overigens is het een misvatting om te denken dat TV producenten nu de missie gaan financieren. Dit geld komt echter van private investeerders. Volgens informatie van Mars One is er een akkoord met een consortium van bedrijven, het papierwerk duurt wat langer dan voorzien. Waarschijnlijk is dit klaar in de zomer 2015. Zelf heb ik geen inzicht in deze onderhandelingen, omdat dit pas wordt bekend gemaakt als het contract rond is.

And last month the Nobel laureate and theoretical physicist Gerard ’t Hooftpreviously listed as an “advisor” to the projectput a realistic timeframe for a crewed mission to Mars at 100 years from now, not 10.

De ambassadeur van Mars One Gerard ’t Hooft heeft inderdaad twijfels of het lukt om binnen 10 jaar de eerste mensen op Mars te laten landen.

“My nightmare about it is that people continue to support it and give it money and attention, and it then gets to the point where it inevitably falls on its face,” said Roche. If, as a result, “people lose faith in NASA and possibly even in scientists, then that’s the polar opposite of what I’m about. If I was somehow linked to something that could do damage to the public perception of science, that is my nightmare scenario.”

Ik begrijp de bezorgdheid van Dr. Roche over Mars One. Dat hierdoor mensen vertrouwen verliezen in NASA en wetenschappers, daar ben ik het niet mee eens.  In de loop van de geschiedenis zijn vele experimenten mislukt: testen van de eerste vliegtuigen, auto’s, apollovluchten naar de maan en zelfs onbemande missies naar Mars. Hebben we daardoor vertrouwen verloren in de technologie?

Conclusie

Ik heb Dr. Roche zijn videofilmpje bekeken van zijn kandidatuur. Hij is een heel enthousiaste persoon, die voor een groot publiek (o.a. Ted show) zijn verhaal heeft gebracht. Vanuit zijn beroep als astrofysicus en professor is hij teleurgesteld in Mars One, omdat hij het vergeleek met o.a. de NASA selectieprocedures. Mars One heeft echter een andere aanpak en is op zoek naar andere mensen die bij NASA worden geselecteerd. We zitten nu in het begin van een ambitieus project en natuurlijk loopt niet alles zoals het gepland is. Maar moeten we dan maar meteen opgeven? Zitten wij mensen zo in mekaar? Ik geloof nog steeds in het project Mars One. Men laat zich omringen door deskundige adviseurs en bedrijven die hun expertise al hebben bewezen. Als ergens rond 2030-2035 het lukt om daadwerkelijk mensen op een andere planeet te laten wonen, zou dit een prachtig succes zijn. 

Als we het niet proberen, zal het nooit niet lukken.

 

Zoneclips van 20 maart
(Ruben Verboven)

Tot slot nam Ruben het woord. Hij is de totale zonsverduistering van 20 maart 2015 gaan waarnemen op de Faröer eilanden. En zoals het spreekwoord zegt: geluk moet je soms afdwingen. En het kan zoals bleek 100 m schelen tussen een twintigtal seconden de totaliteit zien en niets!

Reacties

Opvolging van de ontdekking van Peg 51b werd uitgevoerd met de 3,0 m Shane reflector van de Lick sterrenwacht op Mount Hamilton. Aanvankelijk maakte Geoff Marcy gebruik van de 2,5 m Hooker reflector op Mount Wilson om naar exoplaneten te speuren (1983-1989). Daarna verhuisde het project naar de Lick sterrenwacht maar Marcy & Paul Butler gebruikten een foutieve versie van de Bright Stars catalogue door Ellen-Dorit Hoffleit (1907-2007) terwijl Didier Mayor en Didier Queloz de verbeterde versie van deze catalogus gebruikten...
Opvolging van de ontdekking van Peg 51b werd uitgevoerd met de 3,0 m Shane reflector van de Lick sterrenwacht op Mount Hamilton. Aanvankelijk maakte Geoff Marcy gebruik van de 2,5 m Hooker reflector op Mount Wilson om naar exoplaneten te speuren (1983-1989). Daarna verhuisde het project naar de Lick sterrenwacht maar Marcy & Paul Butler gebruikten een foutieve versie van de Bright Stars catalogue door Ellen-Dorit Hoffleit (1907-2007) terwijl Michel Mayor en Didier Queloz de verbeterde versie van deze catalogus gebruikten...

Reageer