Vendelinus is officieel van start gegaan in januari 2000. Het hoofddoel van Vendelinus is om een verenigingsleven aan te bieden aan de volwassen leden van de Cosmodrome.

U bent hier

Verslag vergadering Vendelinus 14 sept 2013

Edy was jarig en tracteerde ons op taart. Proficiat, bedankt en nog vele jaartjes voor deze aaangename spreker.

 

Bart Buelens bracht verslag uit van de gezamenlijke vergadering van Vendelinus, Descartes en de LZW op zaterdag 7 september 2013. Bart, bedankt voor jouw aanwezigheid daar.

- Er komt een nieuwe werkgroep "Telescopen". Initiatiefnemers zijn Ruben, Pieter Jan, Eric, Maarten, Rudi. Ze zullen zich ten gepaste tijde wel eens komen voorstellen bij een Vendelinus vergadering.

- Descartes plant een project rond radioastronomie. Als er kennis of interesse hierover is bij Vendelinus kan contact worden gemaakt.

- Er komt een lezingenreeks bij de Cosmodrome, telkens de 2de donderdagavond vd maand, vanaf 10 okt. 

- Vendelinus is onbekend bij Descartes. Afgesproken is dat we gaan kijken of Vendelinusleden die iets presenteren dat ook bij Descartes willen doen, en omgekeerd. Kan de instroom van jongeren ten goede komen.

- Gezamelijke vergadering met LZW kan interessant zijn omdat zij ook wel eens een wat theoretischer perspectief willen. Tegelijk is wat zij doen ook wel interessant voor Vendelinus om eens te horen.

- Bij organisatie van uitstappen kunnen ook de andere groepen worden uitgenodigd. Dit kan schaalvoordelen opleveren.

 

Josiane bracht ons enkele interessante berichten, met hier haar uitgeschreven tekst.

India ziet planeten maandenlang aan voor Chinese spionnen

India was er rotsvast van overtuigd zijn rivaal China te hebben betrapt op het uitvoeren van nachtelijke spionagevluchten. Maandenlang trokken er lichtjes in de lucht over de grens tussen de beide nucleaire grootmachten. Maar van spionage bleek geen sprake. Wat India in de lucht had gezien, waren de planeten Jupiter en Venus.

De vreemde stippen in de lucht vielen India in augustus vorig jaar voor het eerst op. Ongeveer 5 maanden later had India al 155 'overvluchten' geteld. Elke keer gingen de lichtjes langs dezelfde route. Sterrenkundigen hielpen het Indiase leger uiteindelijk uit de droom.
 

Meteoriet bracht vorig jaar potentieel leven naar aarde

Wetenschappers hebben onverwachte ingrediënten voor leven gevonden in stukken meteoriet die vorig jaar boven de Amerikaanse staat Californië onze atmosfeer binnenkwam. Het zou gaan om organische moleculen die nog nooit eerder gevonden werden.

De wetenschappers deden de ontdekking bij onderzoek van de meteoriet van Sutter's Mill, die de lucht boven Californië vorig jaar in april deed oplichten. Volgens de onderzoekers kunnen de gevonden partikels helpen om beter te begrijpen hoe het allereerste leven op Aarde is ontstaan.

Sandra Pizzarello, biochemicus aan de Arizona State University in Tempe, legt uit dat wetenschappers al langer denken dat meteorieten levensvormen naar aarde hebben gebracht. Ze kunnen namelijk rijk zijn aan organische materialen, en uit een 'soep' van die materialen zou dan het eerste leven op aarde ontstaan zijn.

Op het eerste gezicht - toen getracht werd de materialen aan de oppervlakte te krijgen met behulp van oplosmiddelen - bleek de onderzochte meteoriet weinig oplosbare organische materialen te bevatten. "Je kan zeggen dat het een teleurstelling was", aldus Pizzarello.

Toen de wetenschappers de fragmenten blootstelden aan de hydrothermische omgeving van onze vroege Aarde, lieten de fragmenten materialen los die nog nooit eerder werden opgemerkt. Volgens Pizzarello kunnen de ontdekte moleculen mogelijk leven vormen onder de juiste omstandigheden

Stephen Hawking schrijft autobiografie

De gerenommeerde Britse natuurkundige, kosmoloog en wiskundige Stephen Hawking (71) heeft een autobiografie geschreven, die donderdag uitkomt. De wetenschapper die door een ziekte vrijwel volledig verlamd is, schreef het boek zelf door zijn verzwakte wangspieren tegen een bewegingssensor te houden, die was verbonden aan een computerscherm.

Hawkings autobiografie, 'My Brief History', verhaalt over zijn huwelijken en zijn ziekte, de zeldzame neurologische aandoening amyotrofe laterale sclerose, waaraan hij vanaf zijn 21ste lijdt. Toen werd nog gedacht dat hij niet meer dan een paar jaar zou hebben, maar zijn eerste en tweede vrouw redden verschillende keren zijn leven, blijkt uit een voorpublicatie in The Independent.

Zijn eerste vrouw, Jane Wilde, trok hem uit een diepe depressie toen hij net te horen had gekregen dat hij de ziekte had. Ook weigerde ze in 1985 dat de beademingsapparatuur zou worden uitgeschakeld toen Hawking een longontsteking had.

Hij kreeg drie kinderen met haar, maar worstelde zelf met de verantwoordelijkheid voor die kinderen. "Ze vreesde dat ik snel zou sterven en wilde iemand die haar en de kinderen kon steunen als ik er niet meer zou zijn", schrijft Hawking. Met instemming van de wetenschapper nam ze daarom een man in huis, maar die situatie leidde uiteindelijk tot een pijnlijke scheiding.

 

Wetenschappers brengen licht minuut lang tot stilstand

Duitse onderzoekers hebben met behulp van een laser en kristal een lichtbundel een minuut lang tot stilstand kunnen brengen. De techniek moet in de toekomst gebruikt worden om in quantumcomputers data op te slaan en weer uit te lezen.

Het onderzoek werd door wetenschappers van de universiteit in Darmstadt gepubliceerd in Physical Review Letters, zo merkt New Scientist op. Om het licht tot stilstand te brengen werd de temperatuur in de experimentele omgeving verlaagd tot ongeveer -268 graden, niet ver boven het absolute nulpunt. Vervolgens werd met een laser op een kristal geschenen dat normaal geen licht doorlaat: dat bracht de atomen in het kristal in een quantummechanische superpositie waardoor ze ontvankelijk werden voor licht in een bepaald aantal frequenties. Daardoor kon een tweede lichtbundel, bestaande uit deze frequenties, het kristal binnendringen. Vervolgens werd de laser uitgezet, waardoor het kristal weer volledig ondoorzichtig werd en het licht dus opgesloten zat.

Met deze techniek slaagden de Duitse wetenschappers erin om het licht een minuut lang op zijn plek te houden. Dat betekent een aanzienlijke verbetering van het vorige record, dat op 16 seconden stond. Normaal gesproken had het licht in vacuüm in die ene minuut een afstand van bijna 18 miljoen kilometer afgelegd. Uiteindelijk moeten dergelijke experimenten nuttig zijn voor quantumcomputers: de individuele onderdelen van licht, de fotonen, kunnen gebruikt worden om in een quantumsysteem informatie op te slaan of juist informatie uit te lezen. Door licht langer te 'bevriezen' kan dit proces beter worden gecontroleerd en kan quantuminformatie over grotere afstanden worden verzonden.

Volgens de wetenschappers is de techniek geschikt om complexe informatie op te slaan en weer uit te lezen. De informatie wordt daarbij verwerkt in de lichtstraal die het kristal binnendringt: de Duitse onderzoekers toonden met hun experiment al aan dat het mogelijk is om een afbeelding, bestaande uit drie 'strepen' met licht, op te slaan in het kristal.

De wetenschappers denken dat zij met enkele aanpassingen het licht nog langer tot stilstand kunnen brengen. De tijd die het licht in het kristal doorbrengt hangt namelijk af van hoe lang de atomen zich in de eerdergenoemde superpositie kunnen bevinden. Deze configuratie kan verlengd worden met een magnetisch veld: door andere combinaties te maken van het gebruikte materiaal in het kristal en het magnetisch veld moet de ondoorzichtigheid langer behouden kunnen worden.

 

Ook Edy nam het woord en hij had het ditmaal over buckyballs en PAK’s tussen de sterren.

Naast grafiet, diamand en grafeen komt koolstof ook nog voor in deze zogenaamde buckyballs, bestaande uit 60 of 70 koolstofatomen.

Richard Smalley, Harry Kroto en Robert Curl ontvingen in 1996 de nobelprijs voor chemie voor de synthese van deze buckminsterfullerenen in 1985, een zuivere koolstofverbinding van 60 koolstofatomen. Het bestaan van zulke moleculen was reeds in 1970 voorspeld door Eiji Osawa.

Een fullereen is elk molecule, bestaande uit enkel koolstof, in de vorm van een holle sfeer, een ellipsoïde of een buisje (nanotubes).

In 2010 verscheen een artikel met als hoofdauteur Jan Cami, een Belgisch astronoom verbonden aan de University of Western Ontario, Canada. In dit artikel beschrijven de auteurs hun ontdekking, met de Spitzer IR-ruimtetelesccop, van Buckyballs in de jonge planetaire nevel TC 1.                    

Deze buckyballs komen ook van nature in kleine hoeveelheden voor in roet. De Leidse sterrenkundigen Olivier Berné en Xander Thielens rekenden na hoe die moleculen waarschijnlijk in de ruimte kunnen ontstaan. Dit zou gebeuren via kleinere koolstofringetjes, zogeheten polyaromatische koolwaterstoffen of PAK’s. Deze komen in interstellaire wolken voor en worden dan onder invloed van UV-licht versmolten tot “voetbalmoleculen” (UV-licht kan de waterstofatomen in de PAK’s los knikkeren). Dit zou gebeuren via het tussenstadium grafeen (vergelijk dit met kippendraad). De centrale vraag is: hoe is leven op aarde ontstaan? En hierin spelen, volgens Thielens, mogelijk PAK’s een rol.  

Astronieuws

ALMA (Atacama Large Millimeter/sub-millimeter Array)

In het noorden van Chili op het 5000 meter hoge Chanjnantor plateau is een enorme radio-interferometer in gebruik genomen: 54 antennes van 12 m en 12 van 7 m diameter werken bij golflengten van 0,3 tot 9,6 mm. In de meest uitgebreide cofiguratie bedraagt de diameter 16 km. De eerste waarnemingsresultaten zijn zeer beloftevol.

Gamma-uitbarstingen

Tot voor kort waren twee soorten gamma-uitbarstingen gekend: korte gammaflitsen (duur minder dan ca. twee seconden) en vermoedelijk afkomstig van de versmelting van twee neutronensterren. De lange gammaflitsen (duur van enkele seconden tot enkele minuten) ontstaan bij de explosie van zware, snel roterende sterren. Nu zijn er enkele gammaflitsen ontdekt van zéér lange duur (enkele uren). Het gaat vermoedelijk om de explosie van extreem grote en blauwe superreuzen, omgeven door een dichte mantel van gas en stof.

Magmatisch water op de maan

Vroeger was men van mening dat maangesteenten kurkdroog waren. Er werd oppervlaktewater (ijs) gevonden in diepe kraters nabij de polen. Nu zijn er bewijzen gevonden voor magmatisch water. De centrale berg van de krater Bullialdus bestaat voornamelijk uit noriet, een magmatisch dieptegesteente dat kristalliseert als magma opstijgt maar niet uitbarst. Die centraalberg bevat veel meer OH-moleculen, gebonden aan magmatische mineralen, dan de onmiddellijke omgeving. Bij de vorming van Bullialdus zijn die mineralen (noriet) aan het oppervlakte gekomen.

Komen we dan toch van Mars?

We gaan uit van het vermoedelijke feit dat de vorming van RNA de aanzet van leven was. Nu doen zich twee paradoxen voor: vooreerst de zogenaamde teerparadox nl. organische stoffen hebben de neiging om o.i.v. licht en warmte om te zetten in teer. En dan heb je nog de waterparadox: de zeer jonge aarde was ooit vermoedelijk grotendeels bedekt met water, wat de vorming van RNA zeer sterk bemoeilijkt (zeer sterke verdunning = lage concentratie van de reagentia).

Sterk geoxideerde vormen van de elementen boor (boraten) en molybdeen (molybdaten) kunnen nu helpen. Boraten verhinderen teervorming en molybdaten arrangeren materie in ribose, een bestanddeel van RNA. Maar die sterk geoxideerde vormen van boor en molybdeen konden 4 miljard jaar geleden op aarde niet voorkomen. Er was hiervoor veel te weinig zuurstof op onze planeet.

Onlangs heeft men in Marsmeteorieten boraten aangetroffen en dus komt Mars in aanmerking voor het ontstaan van leven. Teervorming zou dus vermeden kunnen worden en er was op Mars veel minder water dan op aarde. Hoe zou dan leven op aarde terecht zijn gekomen? Via meteorieten die door inslagen op Mars uiteindelijk op aarde zijn beland.

Deed hij het of toch nog niet?

Reeds herhaalde malen is aangekondigd dat Voyager 1 het zonnestelsel heeft verlaten en evenveel maal is het tegengesproken. Een plotse toename in de plasmadichtheid zou aangeven dat het toestel ons zonnestelsel de heliosfeer achter zich heeft gelaten. Werd reeds herhaalde malen waargenomen en zelfs éénmaal tot 80 maal de waarde in de heliosfeer. Zonne-uitbarstingen veroorzaken trillingen in het plasma en dit kon de Voyager met zijn plasmagolfdetector optekenen. Hieruit kon men dan, onrechtstreeks, de verhoging in dichtheid halen.

Maar er is nog steeds geen verandering in de richting van het magnetisch veld geconstateerd! Het zou dan ook kunnen dat aan de rand van de heliosfeer zonnedeeltjes zich ophopen en alzo die toename in dichtheid veroorzaken. Dus toch nog even geduld, liefst vóór 2025, want dan valt de comminucatie met Voyager 1 weg.

Reageer