Werkgroep Weerkunde (VVW) - Groep van weeramateurs van alle slag: verzamelen van dagelijkse waarnemingen (temperatuur, ...), delen van "weer-ervaringen" (stormen, ...).

U bent hier

Bezoek luchtmachtbasis Koksijde

Op 13 oktober (vrijdag de dertiende) hadden we de kans om de militaire luchtmachtbasis van Koksijde te bezoeken.  Rens en Ward kenden Ruben Peelman, meteoroloog in “BKOKS” (Basis Koksijde).  Via hem konden we een bezoek aan de basis regelen.  Ruben kon, dankzij het leger, van zijn hobby zijn beroep maken.

In de voormiddag zouden we een rondleiding krijgen bij de SAR helikopters, en in de namiddag een bezoek aan de meteodienst.  Er waren 22 mensen ingeschreven.  Even was er een probleem.  Het maximaal aantal bezoekers is normaal 15.  Er zouden dus 7 mensen moeten “afvallen”, maar Ruben zou navragen of er een uitzondering gemaakt kon worden.  En gelukkig kwam de toestemming er, iedereen was welkom.  Uiteindelijk vielen er nog twee ingeschrevenen uit door ziekte, en waren we dus een groep van 20 personen.

“Zo gepland, zo gedaan”.  Iedereen was mooi op tijd.  De afspraakplaats was de bezoekersparking van de basis.  In het eerste deel was het Bart Gotelaere die ons rond leidde.  Bart is verantwoordelijk voor PR, naast andere zaken.  We gingen naar het “40e Squadron”, dat was een klein wandelingetje naar een grote hangar.  Hier stond niet veel meer in dan wagens die gebruikt worden om helikopters binnen en buiten te rijden.  De helikopters waren dus “gaan vliegen”.  We kregen een presentatie over de basis van Koksijde.  De geschiedenis van de basis van Koksijde kwam aan bod, te beginnen bij de wereldoorlogen (tot aan de toekomst van de basis); de verschillende diensten; de helikopters in de loop van de tijd; de bemanning in de helikopters; de verschillende taken van de basis; ....

Tijdens de presentatie hoorden we het geluid(/lawaai) van een helikopter.  Daarom gingen we even naar buiten om deze nog juist te kunnen zien landen.  Ze kwamen juist terug met onder andere een duiker in opleiding.  Nadien, na het vervolg van de presentatie, stond de helikopter binnen, waardoor we toch de kans hadden om deze eens van dichtbij te zien.

Zo leerden we dat “SAR” (Search And Rescue) aanvankelijk niet gebeurde met helikopters, maar met boten (Vedette).  Pas in 1961 kwam de eerste helikopter (Sikorski), gevolgd door Alouettes (1971), Seakings (1976 – allicht de bekendste voor het grote publiek), en nu de NH90’s (sinds 2014).  Hier kregen we ook te horen dat de procedure van reddingsacties mee moeten evolueren met het type helikopter (wat blijkbaar ook gedeeltelijk gestuurd wordt “trial-and-error”).  De huidige helikopters (NH90 NFH) zorgen voor meer storing op zee waardoor de procedures die gevolgd werden met de Seakings niet meer werkten (zeker niet voor reddingsacties op kleinere boten).

Als afsluiter van het voormiddagprogramma, gingen we ook nog binnen in de hangar erlangs, waar het onderhoud van de helikopters gebeurt.  Hier stond een “uitgeklede helikopter” (zonder propellers, ...).  Deze kreeg een “groot onderhoud”, waardoor deze voor een half jaar buiten gebruik was.

Dan was het tijd om naar de “officieren mess” te gaan, waar we van de (vooraf betaalde) lunch (beefsteak friet) konden genieten.

De groep (zonder Paul) bij de meteodienst

In de namiddag kwam dan het “Weerkunde-gerelateerde onderwerp” aan bod.  Dit was het hoofddoel, hoewel dat eerste gedeelte zeker interessant was voor een groot deel van de groep.  Hier gingen we met de auto naartoe.  Het was in hetzelfde deel als de hangar van in de voormiddag, maar een stuk verder.  De meteodienst bevindt zich in een apart gebouwtje in de buurt van de controletoren van het vliegveld.  Als eerste bezochten we het meteopark.  Naast standaardmetingen, staan hier ook een aantal specialere meettoestellen: een ceilometer (op LiDAR gebaseerde meting van de wolkenhoogte in het zenit – of eigenlijk 5° van het zenit af), een luchtkwaliteitsmeter, een Telerad (meting van radioactiviteit – zie https://telerad.be/) en een meter die de zichtbaarheid meet(/inschat) op basis van de detectie van deeltjes tussen een zender en ontvanger (die vrij dicht bij elkaar staan).  Van het laatste, staan er eigenlijk twee.  De nieuwere, die iets hoger staat, kan nogal verschillende resultaten geven ten opzichte van de andere.  Bovendien wordt de zichtbaarheid nog grotendeels bepaald uit manuele metingen: “Wat is er al dan niet te zien aan de horizon?”.  Het voordeel van deze manuele meting is duidelijk: het is geen (erg) lokale meting, en het kan gebeuren in verschillende richtingen.  Een nadeel hier is wel dat er niet in alle richtingen een even goed zicht was, met misschien nog het grootste nadeel dat de minst goede richting deze in de richting van de kust is.

zichtbaarheidsmeterNaast die moderne apparatuur stond er ook nog meetapparatuur die niet meer gebruikt werd.  Zo was er een windmeter die in het verleden manueel uitgelezen werd.  Om dit praktisch te doen, stond deze vrij laag aan de grond.  Het was geweten dat dit niet de “standaard meting” is (waardoor de afgelezen waarde “gecorrigeerd” werd).  Ook stonden er niet meer gebruikte pluviometers.

Nadat we dit alles gezien hadden, met de uitleg gegeven door Ruben (en waar we ook konden horen wat voor materiaal Luc Herremans thuis heeft...), gingen we naar binnen.  Daar kregen we een uitleg over welke waarnemingen getoond worden, en wat voor voorspellingen gedaan worden.  Onder andere gebeurde dit op basis van wat er die dag op de weerbriefing (die elke morgen gegeven werd) gegeven werd.

 

Het was een erg boeiend bezoek.  Hier willen we “1W/BKOKS” bedanken voor de gastvrijheid, en daar met name Ruben Peelman en Bart Gotelaere.

Reageer